Ik merk dat ik me erger aan de schaamteloosheid waarmee de mens zich soms presenteert. De ziekelijke zucht om de wereld te shockeren met geaardheid, rijkdom en macht. Waarom erger ik me hieraan? Ik weet dat het jezelf tentoonspreiden onderdeel is van de scheppingskracht. Ik weet ook dat een dominante houding soms extra kansen biedt in de maatschappij. Terwijl ik dit overdenk besef ik dat ik me erger aan het protserige en schreeuwerige karakter van het gedrag. Eenvoud en ingetogenheid spreken mij meer aan. Ik heb een voorkeur voor het intieme, het kleine. In de wijze waarop ik soms het kleine beleef wordt het kleine steeds kleiner totdat er niets is dat ik nog kan vasthouden. Ik raak dan aan de oorspronkelijke betekenis van het woord exhibitionisme, het Latijnse exhibēre wat een samenstelling is van ex- en habēre, ‘stoppen met houden, hebben’. Wat een prachtige paradox bevat het woord exhibitionisme! Laten zien wat je hebt en stoppen met wat je hebt.
Zie ook:
exhibitionisten
schaamteloos