ironie

Het woord ironie stamt af van het Griekse eirōneíā, geveinsde onwetendheid. Het is bekend geworden door Socrates die volgens sommigen veinsde alsof hij onwetend was om vervolgens met vragen de loze gedachten van zijn gesprekspartners door te kunnen prikken. Het leek alsof hij de spot met hen dreef.

Ik stel mezelf voortdurend vragen die me confronteren met mijn onwetendheid. Op de momenten dat ik de grens van mijn weten bereik, moet ik glimlachen. Dit is geen ironische glimlach waarmee ik de spot drijf met mezelf. Het is de glimlach van de overgave.

Dit was de tiende van een selectie van twaalf columns over doorvragen tot ..

  1. Socrates
  2. Het enige dat ik weet is dat ik niets weet.
  3. de yoga van het denken
  4. de yoga van het vragen
  5. doorvragen
  6. vragen staat vrij
  7. verkennen
  8. Wat blijft er van mij over?
  9. Is god een algoritme?
  10. ironie
  11. niet één antwoord
  12. eudaimonía