stelling-tegenstelling

Wanneer de groenteboer op de markt roept ‘Heerlijke sinaasappelen!’ dan heb je, ook al lust je geen sinaasappelen, de neiging er tegenin te gaan. Je kijkt er kritisch naar: een tegenstelling. Politici hebben geleerd om niet vanuit een tegenstelling te reageren. Met omslachtig geformuleerde antwoorden omzeilen ze de stelling van de journalist. Zelf ben ik niet zo gehaaid. Ik onderga de natuurlijke drang om tegen een stelling in te gaan. Dit irriteert me, ik wil niet blind reageren op stellingen. Ik stel liever vragen. Vragen leiden echter tot antwoorden die ook weer stellingen zijn. Misschien is het beter om helemaal niets te doen. Dit is trouwens een stelling die weer een tegenstelling oproept. Ben ik nu ook een politicus?