wij zijn ons brein

Eind jaren zeventig werd hoogleraar criminologie Wouter Buikhuisen met de dood bedreigd vanwege zijn biosociaal onderzoek van crimineel gedrag. De columnist Hugo Brandt Corstius noemde hem een “domme charlatan” en een “kale, impotente carrièrewetenschapper”. In een tijd waarin de ideologie van de maakbare mens hoogtij vierde was het ongepast om zelfs maar de hypothese te opperen dat de mens voorgeprogrammeerd zou kunnen zijn door processen in de hersenen. In de ogen van de tegenstanders werden criminelen niet geboren maar werden ze gemaakt door de kapitalistische maatschappij.

Momenteel staat de neurobiologie opnieuw in het middelpunt van de belangstelling. Nu door het boek “wij zijn ons brein” van ex-hoogleraar Dick Swaab. Had Buikhuisen nog psychiatrische ondersteuning nodig om de aanval op zijn persoon te verwerken, de neurobiologie lijkt nu revanche te nemen. Dick Swaab verzet zich met behulp van vele onderzoeksgegevens tegen hypotheses die strijdig zijn met wetenschappelijke conclusies.

Hij richt zijn pijlen onder andere op de theorie van het eeuwig bewustzijn van ex-cardioloog Pim van Lommel in diens boek “Eindeloos bewustzijn, een wetenschappelijke visie op de bijna-doodervaring.” Swaab haalt de wetenschappelijke intenties van het boek op verschillende manieren onderuit. Bijvoorbeeld met onderzoeken waaruit blijkt dat bijna-dood ervaringen kunstmatig kunnen worden opgewekt door stimulatie van de hersenen.

Helaas is Swaab ook zelf niet altijd even wetenschappelijk. Zo verwijst hij naar het fenomeen van de onafhankelijke gelijktijdigheid. Hij stelt dat zo`n 35.000 jaar geleden wereldwijd rond dezelfde tijd de “kunst” werd uitgevonden. Zijn verklaring hiervoor is dat deze creatieve uitingen blijkbaar afhankelijk waren van het evolutionaire ontwikkelingsstadium van de hersenen. Een standpunt dat hij niet wetenschappelijk onderbouwt. Wanneer je dit standpunt naast dat van Pim van Lommel zet dan zijn beide even onwetenschappelijk.

Swaab geeft ook aan dat spiritualiteit een functie is van de hersenen die tijdens de opvoeding met religieuze opvattingen wordt gevoed. Van zijn eigen opvoeding zegt hij dat zijn ouders niet gelovig waren. Als onafhankelijk wetenschapper en neurobioloog zou hij alleen daarom al voorzichtig moeten zijn met het zich afzetten tegen spirituele en godsdienstige hypotheses. Het onderwerp neurobiologie vraagt bovendien om extra voorzichtigheid vanwege de impact op ons mens- en wereldbeeld. Wanneer het waar is wat Swaab zegt dat de vrije wil slechts een plezierige illusie is dan zal hij deze voorzichtigheid niet kunnen opbrengen.