zo gij niet wordt als kinderen

Een van de bijbelse uitspraken waar spirituele zoekers zich soms op beroepen is: ‘Zo gij niet wordt als kinderen zult gij het rijk der hemelen niet binnengaan.’ Aan welke kwaliteit van kinderen denken ze wanneer ze dit zeggen? Denken ze aan het onvoorwaardelijke vertrouwen van kinderen in hun ouders, aan het feit dat kinderen meer gericht zijn op het gevoel dan op de rede of aan het feit dat kinderen openstaan voor het magische, het geloof in kabouters en elfjes? Door zich dit niet af te vragen gaan spirituele zoekers er blind vanuit dat het spirituele verbonden is met de magie van het paranormale en het geloof in een spiritueel leider die als een ouder over alle antwoorden lijkt te beschikken.

Zie ook: verwondering